zaterdag 29 januari 2011

Les 4: Het vraaggesprek/bronnen

Deze les hebben we een rollenspel gedaan waarbij we geprobeerd hebben de LSDE(luisteren, samenvatten, doorvragen en evalueren)techniek te gebruiken en bij doorvragen niet vragen wilt u dit of dat. Je geeft de klant dan maar 2 keuzes.
Bij het begin van het gesprek niet meteen sturen later kun je met gesloten vragen eventueel wel sturen als dat nodig mocht zijn.

Wat wèl gebruikt kan worden bij de openingsfase zijn open vragen met:
Wat, waar, wanneer, hoe, welke, kunt.., wat bedoelt u precies..

Daarna samenvatten (eventueel sturen met gesloten vragen)en vragen of men de gevonden informatie bruikbaar vindt.

Valkuilen zijn: niet goed doorvragen en meteen met je hoofd al bij de documenten zitten tijdens het stellen van de vraag door de klant.

Reflectie: Het is lastig om bovenstaande technieken tijdens het rollenspel te gebruiken. Je merkt dat er meer ervaring voor nodig is om niet in de valkuilen te trappen. Ik was vooral al bezig om tijdens de vraag al in mijn hoofd te zoeken naar mogelijkheden. Eerst rustig luisteren dus!!!

Bronnen die je kan raadplegen:
.

Literom: bevat recensies en interviews van auteurs (bron = waarin de recensie heeft gestaan)
Fictierom bevat bibliografische gegevens: titelbeschrijving en annotatie(korte beschrijving), ook van vertaalde boeken in het nederlands.
Wereldliterom voor vertaalde boeken in het nederlands.
Zoeken op genre en onderwerp. Bedoeld voor lezersadvies


Literatuurplein: bevat tips, trends, video's, nieuws en actueel. Voornamelijk nederlands maar ook wel uit het buitenland.
Ook handig is de "wereldkaart" die je kunt gebruiken om boeken op te zoeken die zich afspelen of gaan over een bepaalde stad of deel van de wereld.

Les 3: Vragen: soort en niveau



Deze les heb ik verzuimd i.v.m. ziekte. De volgende informatie heb ik dan ook uit de aantekeningen van mijn medecursisten overgenomen. Mijn dank daarvoor!

In les 3 ging het over vragen die bij het inlichtingen bureau gesteld kunnen worden.

Er zijn 4 soorten vragen.

Huishoudelijke vragen.
Deze vragen hebben bijvoorbeeld betrekking op gebouw of het uitleenreglement.
Voorbeeld: Hoeveel materialen mag ik lenen of waar is het toilet.

Lezersadvies of Readers advisory.
Deze vraag komt meestal voor een roman. Je kan het ook een titelsuggestie noemen.
Voorbeeld: Heeft u boeken van Saskia Noort.

Quick Reference.
Op deze vraag is meestal maar 1 antwoord mogelijk.
Voorbeeld: Hoeveel inwoners heeft Rijswijk? of Kunt mij het adres van Ministerie van Defensie geven.

Onderzoek of opzoekvragen.
In deze vragen zitten twee of meer componenten. Hierbij is doorvragen vereist.
Voorbeeld: Ik zoek iets over schaatsen. Of heeft u een boek over madrid.

Een aantal punten zijn belangrijk om de vraag goed te kunnen beantwoorden.
-Voorkennis (wat weet de klanten al; wat heeft de klant zelf al opgezocht)
-Achtergrond van de klant (leeftijd, opleiding, motivatie, interesse)
-Doel/effect (wat wil de klant ermee bereiken)
-Wat wil de klant voor soort informatie (tekst, cijfers, afbeeldingen)
-Wat wil de klant voor soort media (website, boek, artikel, brochure, plattegrond, dvd)
-Hoeveelheid (vraag of het geleverde materiaal voldoende is).

Er zijn 3 niveau's.
Niveau 1: De bewuste of onbewuste behoefte aan informatie die nog niet in taal uit te drukken is.

Niveau 2: De klant is in staat zijn vraag duidelijk en helder te formuleren maar legt geen verband met het systeem van informatie in de bibliotheek.

Niveau 3: De klant stelt de vraag in relatie tot datgene wat de bibliotheek te bieden heeft. Hij heeft een duidelijk beeld van wat hij wil hebben.

zondag 23 januari 2011

Werkstuk

Auteur: Charles den Tex


De keuze om een auteur uit te kiezen voor het werkstuk was voor mij niet zo moeilijk. Alleen wist ik niet hoeveel boeken hij had geschreven. Gelukkig kwam ik aan meer dan 5. Tot mijn grote verrassing zag ik nog titels die ik niet had gelezen. Daar kan ik mij nu op verheugen! Zijn naam is Charles den Tex. Kort geleden is zijn boek "De macht van meneer Miller" als serie op tv geweest.
Op het blog van één van de cursisten las ik dat ze diep moest graven waar de boeken ook weer precies over gingen. Dat is bij mij dus ook zo.

Les 2: Verschillende bibliotheken

In deze les hebben we het gehad over de verschillende bibliotheken n.l.:

1.Wetenschappelijke Bibliotheek, In deze bibliotheek bevindt zich vaak "grijze" literatuur, d.w.z. literatuur dat niet officieel door een uitgever is uitgegeven maar in eigen beheer van de organisatie.
Wordt gebruikt voor studie en onderzoek.
Vaak 3 componenten vragen.

1a. Koninklijke Bibliotheek,(KB)is de Nationale Bibliotheek en valt ook onder de wetenschappelijke bibliotheek. Tevens is het een bibliotheek voor bijzondere landelijke taken.


2. Speciale Bibliotheek,is vaak verbonden aan instelling (b.v. Beeldbank Fotomuseum, Spoorwegmuseum, grote archiefinstellingen). Meestal wel toegankelijk voor iedereen( soms tegenbetaling).
Ook in grote bedrijven zijn bibliotheken die dan vaak niet toegankelijk zijn voor buitenstaanders.


3. Openbare Bibliotheken, is zeer breed en divers, laagdrempelig.
Bij 3 componenten vraag eventueel doorverwijzen



Weetjes:

Booleaanse operatoren = wordt gebruikt om meerdere zoektermen te combineren
t.w. en, of, niet, nabij.

Handige website: bibliotheek.startpagina.nl

Bibl. grafisch apparaat = handboeken en naslagwerken